Voorstel voor rijks- en provinciale bescherming restanten
Duitse kustverdediging 'Atlantikwall' in Nederland 1940-1945
Aangeboden aan:
dhr. drs. C. van 't Veen, directeur Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, en
dhr. drs. H. Van Waveren, gedeputeerde voor cultuur van de provincie Zeeland en
voorzitter van de interprovinciale adviescommissie cultuur
in het kader van het symposium 'Redefining the Atlantikwall' op 2 en 3 september
2010
In de periode 1940 - 1945 heeft de Duitse bezetter allerhande
verdedigingsmaatregelen getroffen om West-Europa te 'vrijwaren' van een
geallieerde bevrijdingsoperatie. Het meest in het oog springende concept is de
Atlantikwall, een verdedigingslinie die werd aangelegd van de Noordkaap in
Noorwegen tot de Frans-Spaanse grens bij de Golf van Biskaje. De Atlantikwall is
in zijn omvang, ruim 5.300 km lang, slechts vergelijkbaar met de Romeinse Limes
of de Chinese muur. De toegepaste standaardisatie maakte het mogelijk om in
relatief korte termijn vele tienduizenden werken aan te leggen in een tijd
zonder computer, GPS of moderne vormen van communicatie. Uit internationaal
onderzoek blijkt dat ondanks de standaardisatie elke regio juist haar eigen
kenmerkende verdedigingsopzet kreeg, ingegeven door het strategische belang, dan
wel de geografische kenmerken. Nederland, gelegen voor het Duitse moederland
kreeg een krachtige uitbouw. Kenmerkend hierbij zijn bijvoorbeeld de omvangrijke
kustbatterijen van de marine, de verdediging van de havens, maar ook werd
bijzondere aandacht besteed aan de verdediging naar de landzijde. Verder werd
ook vertakt in het achterland het Duitse verdedigingsconcept toegepast en werden
niet alleen de belangrijke communicatie- en commandocentra ondergebracht, maar
werden tevens enkele lnies aangelegd die de opmars van een gelande vijand in het
binnenland moest stuiten.
De aanleg van de Atlantikwall had grote impact op de gebieden waarin dit plaats
vond. Het tot gevechtsgebied verklaren van de kust, resulteerde in de gedwongen
evacuatie van vele bewoners en de sloop van hele wijken voor het verkrijgen van
schootsveld. Steden zoals IJmuiden, Scheveningen/Den Haag en het kustdorp
Katwijk hebben de gevolgen van deze Küstenräumung mogen ervaren. De kaalslag die
hier plaatsvond was tevens van grote invloed op de hier uitgevoerde
stedenbouwkundige plannen in de periode van de wederopbouw.
Voor andere delen van Nederland speelt sterk de krijgshistorische impact van de
Atlantikwall, met name in het Zuidwesten van het land. Het was in Zeeland waar
voor de tweede keer een geallieerde bevrijdingsaanval op de kust werd geforceerd
met als gevolg vele burgerslachtoffers en grote civiele schade. Zo werd het
eiland Walcheren zelfs geïnundeerd om de Duitse verdediging te verzwakken. Ook
elders in Nederland herinneren verschillende bunkerensembles nog aan de
belangwekkende gebeurtenissen die daar hebben plaatsgevonden: van de
capitulatiebesprekingen die de Duitsers vanuit het hoofdkwartier in Hilversum
voerden tot het verzet van de Georgiërs op Texel.
Ondanks de omvangrijke sloop na de oorlog zijn er anno 2010 nog altijd
toonaangevende ensembles bewaard gebleven van de 'Nederlandse' Atlantikwall.
Niet alleen in geografische zin, maar ook in aard, omvang, functie en
geschiedkundige context zijn nog altijd relaties en verhaallijnen zichtbaar. Het
laatste decennium zijn enkele pogingen ondernomen om deze relicten te
beschermen, veelal op ad-hoc basis en afhankelijk van initiatieven uit de regio.
Op landelijk niveau zijn pogingen ondernomen om te komen tot een landelijk
gedragen toetsingskader. Dit kader is er nog altijd niet met als resultaat een
vacuüm als het gaat om de bescherming van dit gebouwde erfgoed uit de Tweede
Wereldoorlog. Een groot aantal rijksaanvragen is hierdoor nog altijd omkleed
door onduidelijkheid. De veranderde inzichten rond de bescherming van cultureel
erfgoed maken dat het rijk selectiever is geworden.
Desalniettemin zijn de gezamenlijke bunkerorganisaties van mening dat voor een
beperkt, maar in nationaal en internationaal verband representatief aantal
ensembles bescherming gewenst is. In het kader van het programma 'Erfgoed van de
Oorlog' en het internationale symposium 'Redefining the Atlantikwall'
presenteren de gezamenlijke stichtingen die zich bezig houden met het
vestingbouwkundig erfgoed uit de Tweede Wereldoorlog een selectievoorstel van
bunkerensembles, linies en losse objecten die van algemeen belang zijn.
Tevens worden elementen geselecteerd die het verhaal in tweede lijn ondersteunen
en ons inziens een bovenlokale afweging vragen. Hier zijn het met name de
provincies als gebiedsautoriteit die een rol kunnen spelen. Planologische
bescherming in het streekplan, opname in de Cultuurhistorische hoofdstructuur,
dan wel plaatsing op de provinciale monumentenlijst verdient voor deze categorie
aanbeveling. Tot slot komt voor de restcategorie een lokale afweging in
aanmerking.
Met het voorliggende voorstel wordt een evenwichtige selectie gemaakt.
Bescherming wordt gerealiseerd voor de restanten van de Atlantikwall die van
wezenlijk belang zijn om de voor Nederland zo bepalende recente
(oorlogs)geschiedenis levend en herkenbaar te houden in het landschap. Hierbij
is bewust gekozen voor een selectie met een sterk bovenlokale waarde, waarbij
iedere overheidslaag vanuit haar eigen rol en beschikbaar
beleids-instrumentarium verantwoordelijkheid kan nemen om de meest geëigende
bescherming op verschillende niveaus te realiseren. Voor een duurzaam behoud
streven wij hierbij 'behoud door ontwikkeling' na door voor diverse elementen
van de linie vervolgens een nieuwe functie te zoeken.
Behalve deze kustverdedigingslinie werden ook verspreid in het binnenland
verdedigings-werken gebouwd om Duitse troepen en organisaties te beschermen
tegen geallieerde acties. Deze categorie valt buiten het kader van de
Atlantikwall en vraagt nog nadere studie en waardestelling alvorens tot een
afgewogen selectievoorstel gekomen kan worden.
Graag komen wij met u in gesprek over het onderstaande selectievoorstel om als
beleidsmakers en veld gezamenlijk toe te werken naar de meest geëigende vorm van
bescherming.
Namens de gezamenlijke 'bunkerstichtingen' in Nederland,
Stichting Bunkerbehoud
Stichting WO2 Goeree-Overflakkee
Stichting Vesting Hoek van Holland
Stichting Atlantikwall-museum Scheveningen
Stichting WN2000, IJmuiden
Stichting WOVIJ, IJmuiden
Stichting Stelling Den Helder
Stichting Militair Erfgoed